Paragraaf 8 Lokale heffingen

Belastingen

Hieronder geven wij een toelichting op de ontwikkeling van de diverse belastingen van de Gemeente Groningen.

Onroerende zaakbelasting
Naast de verhoging door de nominale tariefstijging ad 3,87% (3,1 miljoen euro) is de geraamde belastingopbrengst verhoogd met 600 duizend euro in verband met verwachte volumeontwikkeling door nieuwbouw. Verder is de WOZ-waarde van woningen en bedrijven dit jaar met respectievelijk 8% en 1% gestegen. Deze waardestijgingen worden niet gecompenseerd via de OZB-tarieven. Hierdoor stijgt de OZB-opbrengst woningen met 3 miljoen euro en de OZB-opbrengst niet-woningen met 500 duizend euro. Verder liggen er voorstellen om 1 miljoen euro baten uit te ruilen tussen rioolheffing en de OZB. Voorgaande resulteert in een totale stijging van de OZB van 8,2 miljoen euro.

Roerende zaakbelasting

De opbrengst roerende zaakbelasting stijgt met 3 duizend euro als gevolg van het jaarlijks indexeren (3,87%) van het tarief.

Hondenbelasting
De raming van de opbrengst hondenbelasting is met 35 duizend euro verhoogd door het jaarlijks indexeren van het tarief met 3,87% voor 2020.

Logiesbelasting
Op basis van het coalitieakkoord van het college heeft uw Raad op 26 juni 2019 besloten de toeristenbelasting  met 440 duizend euro te verhogen. Daarnaast is de raming van de opbrengst logiesbelasting met 200 duizend euro verhoogd in verband met volumegroei (meer overnachtingen).

Precariobelasting

De opbrengsten uit precariobelasting stijgen met 428 duizend euro. In deze opbrengststijging zit de taakstellende verhoging van 150 duizend euro voor het jaar 2020 verwerkt zoals we die hebben opgenomen in het coalitieakkoord 2019-2022. Daarnaast is de opbrengst structureel opgehoogd met 278 duizend euro in verband met volumetoenames.

Parkeergelden
De parkeergelden bestaan uit een publiekrechtelijk en een privaatrechtelijk deel. Het publiekrechtelijk deel wordt ook wel parkeerbelasting genoemd en daaronder vallen de tarieven voor het parkeren bij parkeermeters en parkeerautomaten, de boetes voor het rood staan bij parkeermeters en parkeerautomaten, de kosten van het (gratis) fiets parkeren en de tarieven voor parkeervergunningen. Onder het privaatrechtelijk deel vallen de tarieven voor parkeergarages, buurtstallingen en P&R terreinen. Het uitgangspunt is dat het in totaal kostendekkend is.

De opbrengst van de publiekrechtelijke parkeergelden (parkeerbelasting) stijgt met 1,2 miljoen euro ten opzichte van de actuele begroting 2019. Een belangrijk deel van deze stijging wordt veroorzaakt doordat we extra opbrengsten uit straatparkeren hebben geraamd in de begroting 2020.

Voor de tarieven van parkeergarages, buurstallingen en P&R terreinen wordt de opbrengst voor 2020 geraamd op 9,5 miljoen euro. Ten opzichte van de actuele begroting 2019 is dat een toename van afgerond 1,2 miljoen euro. Deze toename wordt hoofdzakelijk verklaard door de opening van de nieuwe parkeergarage onder Forum Groningen voor een geraamde batenstijging  van 1 miljoen euro en overige mutaties in relatie tot parkeergarages leiden tot 0,1 miljoen euro aan inkomstenstijging.