Paragraaf 7 Grondbeleid

Risico's van het grondbedrijf in relatie tot de reserve grondzaken en risicobeheersing

Het grondbedrijf houdt zich in hoofdzaak bezig met het realiseren van bouwgrondproductie voor woningen, kantoren en bedrijven. Het grondbedrijf is dan ook een onderdeel van de gemeente dat zich gedraagt als ondernemer en ondernemen betekent per definitie dat er financiële risico’s worden gelopen. Het aanhouden van een financiële buffer is dan ook noodzakelijk.
Voor het grondbedrijf van de gemeente Groningen is een bestemmingsreserve Grondzaken gevormd waar positieve en negatieve resultaten van de grondexploitaties en grondbezit mee worden verrekend. Het doel van de bestemmingsreserve Grondzaken is het vormen van een toereikende buffer voor het opvangen van schommelingen in de resultaten op de grondexploitaties en het grondbezit. Andere zaken die verrekend worden met de bestemmingsreserve Grondzaken zijn resultaten op grondbezit (waardeverminderingen en -vermeerderingen), de rente van de grondbank en specifieke projecten waarvoor de raad de egalisatiereserve als dekkingsbron bepaalt.

Omvang Reserve Grondzaken onder druk
De buffer die de Reserve Grondzaken vormt voor het opvangen van schommelingen in grondexploitaties en strategisch bezit neemt af. Eind 2018 bedraagt deze 33 miljoen euro en de verwachting is dat het niveau verder daalt tot 10 miljoen euro ultimo 2019.

Daarnaast liggen een tweetal claims, tezamen een bedrag van 13,28 miljoen, op de Reserve Grondzaken voor de jaren 2020-2022. Eén claim bestaat uit de kapitaalslasten voortkomend uit het activeren van een deel van de bovenwijkse voorzieningen vanuit Meerstad. Daarnaast ligt een claim vanuit het coalitieakkoord. Hierdoor is de werkelijke stand van de reserve hoger is dan de stand die mag worden meegenomen voor het beschikbaar weerstandsvermogen. De middelen voor de claims zijn niet meer vrij besteedbaar en kunnen dus niet meegenomen worden voor het beschikbaar weerstandsvermogen.

Risico’s lager vanwege verwacht positief resultaat Meerstad
Tegenover de lagere buffer in de reserve Grondzaken staat wel dat de omvang van de risico’s lager is. Voor grondzaken is op 31 december 2018 inclusief Meerstad een risico becijferd op basis van de boxenmethode van 80,93 miljoen (was 115 miljoen) euro. De daling wordt primair veroorzaakt doordat er rekening wordt gehouden met het geprognosticeerde voordeel in de grondexploitatie Meerstad. Met dat voordeel heeft de grondexploitatie Meerstad een buffer om de nadelige effecten van nadelige scenario’s op te vangen en verlaagt zodoende het risico van die grondexploitatie.
De helft (was bijna 80%) van het benodigd weerstandsvermogen wordt nu bepaald door de grondexploitatie Meerstad. Het aandeel van de nog te ontwikkelen MVA is 9%, en van de BIE-gronden 38%. In onderstaand wordt

Bedragen x 1.000 euro

2019

2020

2021

2022

2023

Begroting 2020

80.934

81.045

80.230

79.150

72.478