Paragraaf 4 Onderhoud kapitaalgoederen

Beheerplan openbare ruimte

In dit onderdeel gaan we nader in op de wijze waarop wij onze kapitaalgoederen onderhouden.  We beschrijven daarvoor de omvang van onze kapitaalgoederen, de kaders en doelen die we voor het onderhoud daarvan hanteren, welke relevante beleids- en beheerplannen hierop van toepassing zijn, welke onderhoudskwaliteit we nastreven en hoe de kosten voor regulier onderhoud en investeringen worden gedekt.

Kerncijfers

Onderdeel

Waarde

Wegen

- Lengte in km

829

- Oppervlakte ha’s 

933

 - Waarvan :

Asfalt ha’s

469

Open verharding ha's

453

beton ha's

11

Groen

- Oppervlakte ha’s

1.224

- Bomen (stuks)

126.575

Gemeentelijke bruggen

- Beweegbaar

56

- Vast

318

Riolering

- Op afloop liggend riool (km)

1.104

- Druk- en persriool (km)

149

- Gemalen aantal

806

Kaders en doelen
De kaders en doelen die van toepassing zijn op het onderhoud van de verschillende kapitaalgoederen zijn vastgelegd in de relevante beleidsnota’s die zijn weergegeven bij programma 9 ‘Kwaliteit van de leefomgeving’. Met de uitvoering van de in deze nota’s en beheerplannen gestelde doelen werken we aan een gemeente waar het prettig is om te zijn. Een gemeente die schoon, heel, groen en duurzaam is en waar samenwerken met bewoners bij onderhoud en beheer een goede gewoonte is. De kredieten voor in 2020 geplande investeringen in vervanging van voorzieningen in de openbare ruimte (behoudens de investering in riolering) worden separaat maar gelijktijdig met de vaststelling van deze begroting door de raad vastgesteld. De kredieten voor in 2020 geplande investeringen in riolering worden in het najaar van 2020 bij de vaststelling van het Groninger Water en Rioleringsplan vastgesteld. Voor een overzicht van deze investeringen verwijzen we naar  de informatie in het raadsvoorstel bij de begroting 2020. De hierop van toepassing zijnde regels voor waardering en afschrijving van activa zijn vastgelegd in de Financiële verordening Groningen 2018.

Het onderhoudsniveau voor de openbare ruimte wordt ieder jaar door de raad bepaald met de vaststelling van de begroting. Onder het kopje ‘Kwaliteiten’ in deze paragraaf gaan we daar nader op in.

Beheer en beleid
In onderstaande tabel een korte weergave van de verschillende beheerplannen die van toepassing zijn op het onderhoud van onze kapitaalgoederen.

Beheerplan

Vastgesteld

Looptijd t/m

Financiële vertaling in begroting

Achterstallig onderhoud

1. Openbare ruimte algemeen

BORG

2020

2020

ja

nee

2. Meerjarig vervanging- of investeringsplan

2017

2023

ja

nee

3. Openbaar groen

Zie 1 en 2

ja

nee

4. Wegen

Gebied Groningen en Ten Boer

Zie 1 en 2

ja

nee

Gebied Haren 

2018

2023

ja

nee

5. Openbare verlichting

2016

2025

ja

nee

6. Riolering en Water (GWRP)

2020

2024

ja

nee

Naast deze beheerplannen zijn voor het onderhoud kapitaalgoederen nog de volgende beleidsplannen van belang:

  • Bomenstructuurvisie ‘Sterke Stammen’ (2014);
  • Bomenbeleidsplan Haren (2011);
  • Structuurvisie ‘Een graf in stad’;
  • Groenstructuurvisie ‘Groene pepers’ (2009);
  • Groenstructuurplan Haren Noord (2008);
  • Duurzaamheidsvisie Ten Boer (2016).

Kwaliteiten
Bij het beoogde onderhoudsniveau van de openbare ruimte gelden tussen de verschillende gebiedsdelen van de gemeente nog een aantal verschillen. Daarnaast waarborgen we een goed en veilig gebruik van voorzieningen in de openbare ruimte, onder andere door de tijdige uitvoering van alle noodzakelijke groot onderhoud en vervangingen. Hieronder gaan we kort in op het kwaliteitsprofiel dat van toepassing is op de verschillende gebiedsdelen.

Voor de gemeente Groningen gelden de volgende kwaliteitsdoelen in het Beheer en onderhoud van de openbare ruimte:

Beheermatrix 

Hoofd structuur

Binnen-
stad

Woon-
wijken

Bedrijven
terreinen

Stedelijke en bovenstedelijke voorzieningen

Grote groen- en recreatiegebieden

Onderdeel

Radialen, belangrijke ov-lijnen wijkontsluitings-wegen, hoofdfietsstructuren

Voetgangers- / winkelgebieden

Bedrijventerreinen, industrieterreinen en kantorenparken

Hoofdstation,  RUG/Zernike, Gron. Museum, UMCG, Stadsschouwburg, Oosterpoort, MartiniPlaza

Stedelijke parken en recreatieve voorzieningen, geldt ook voor begraafplaatsen

Noorder
plantsoen

Verharding

matig

goed

matig

matig

matig

matig

goed

Verlichting

goed

goed

voldoende

voldoende

voldoende

voldoende

goed

Straatmeubilair en bebording

goed

goed

voldoende

voldoende

goed

goed

goed

Groen

matig

goed

matig

matig

matig

matig

goed

Bomen

voldoende

goed

voldoende

voldoende

voldoende

voldoende

goed

Speelvoorzieningen

voldoende

voldoende

voldoende

voldoende

voldoende

voldoende

goed

Kunstwerken c.a.

voldoende

goed

voldoende

matig

voldoende

voldoende

goed

Schoonmaken c.a.

matig

goed

matig

matig

matig

matig

goed

Legenda:

A+

zeer goed

B

goed

C

voldoende

D

matig

E

laag

Kort samengevat komt het erop neer dat de binnenstad en het Noorderplantsoen op het niveau ‘Goed’ worden onderhouden volgens de Beheerplan Openbare Ruimte Groningen (BORG, zie beheermatrix hierboven met gedifferentieerde onderhoudsniveaus). Voor het overgrote deel van de openbare ruimte daarbuiten wordt het niveau ‘Matig’ als ondergrens aangehouden. Voor elementen (zoals verlichting, speelvoorzieningen enz.) in de wijken wordt het onderhoudsniveau ‘Voldoende’ nagestreefd.

Financieel
Voor de middelen die beschikbaar zijn voor het onderhoud van de kapitaalgoederen verwijzen we naar Programma 9 ‘Kwaliteit van de leefomgeving’, de kredietaanvraag voor vervangingen in de openbare ruimte, zoals die is opgenomen in het raadsvoorstel bij de begroting 2020 en de kredietaanvraag bij het nog vast te stellen GWRP 2020-2024. In 2020 worden minder middelen ingezet voor het onderhoud en beheer van verhardingen en  groen dan in het voorgaande jaar.

Een deel van de jaarlijks beschikbare middelen is nodig voor de dekking van vaste kosten. Het gaat dan vooral om de kapitaallasten van eerdere investeringen in vervanging van kapitaalgoederen. Het reguliere (dagelijks) en groot onderhoud brengen we rechtstreeks ten laste van de resultatenrekening. Wanneer onderhoud en reparaties niet meer toereikend zijn voor de instandhouding van voorzieningen, gaan we over tot vervanging. De investeringen die hiervoor nodig zijn, worden geactiveerd en de raad besluit jaarlijks over beschikbaarstelling van de investeringskredieten daarvoor.